
51
PROBLEMEN OPLOSSEN
Uw afwasmachine werkt mogelijk niet goed.
Controleer of het probleem opgelost kan worden door de onderstaande lijst na te lopen voordat u contact opneemt met het servicecenter.
PROBLEMEN MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSINGEN
De afwasmachine
start niet of reageert
niet op opdrachten.
Het apparaat is niet goed aangesloten. Steek de stekker in het stopcontact.
Stroomuitval. De afwasmachine start automatisch wanneer er weer stroom is.
De deur van de afwasmachine is niet goed
gesloten.
De deur krachtig aanduwen totdat u de "klik" hoort.
Het reageert niet op opdrachten. Het toestel uitschakelen door de knop AAN/UIT in te drukken, na ongeveer een
minuut weer inschakelen en het programma resetten.
De deur wordt niet
vergrendeld.
Rekken zitten niet vast aan het einde. Controleer of de rekken aan het einde vast zitten.
Het deurslot is niet vergrendeld. De deur krachtig aanduwen totdat u het "klak" geluid hoort.
De afwasmachine
pompt niet af.
Het wasprogramma is nog niet klaar. Wacht totdat het wasprogramma klaar is.
Er zit een knik in de afvoerslang. Controleer of er geen knik zit in de afvoerslang (zie Installatiehandleiding).
De pijp van de gootsteenafvoer is geblok-
keerd.
Reinig de pijp van de gootsteenafvoer.
Het filter is verstopt met voedselresten Reinig het filter (zie HET FILTERSYSTEEM REINIGEN).
De afwasmachine
maakt veel lawaai.
Het vaatwerk rammelt tegen elkaar. Rangschik het serviesgoed goed . (zie REKKEN VULLEN)
Er is een bovenmatige hoeveelheid schuim
geproduceerd.
Het vaatwasmiddel is niet goed afgemeten of het is niet geschikt voor gebruik
in afwasmachines (zie HET VAATWASMIDDELDOSEERBAKJE VULLEN). De afwasma-
chine resetten door op de toets AFVOER te drukken (zie OPTIES EN FUNCTIE) en
een nieuw programma zonder vaatwasmiddel laten lopen.
Het vaatwerk is niet
droog.
Het geselecteerde programma heeft geen
droogfase.
Controleer in de programmatabel of het geselecteerde programma een droog-
fase heeft.
Het glansspoelmiddel is op of de resolutie is
niet voldoende.
Het glansspoelmiddel toevoegen of hogere doseringen toepassen (zie HET
GLANSSPOELMIDDELRESERVOIR BIJVULLEN).
Het vaatwerk heeft een antiaanbaklaag of is
van kunststof.
Een paar druppels water is normaal.(zie ADVIEZEN)
Het vaatwerk is niet
schoon.
Het serviesgoed is niet goed gerangschikt. Rangschik het serviesgoed goed . (zie REKKEN VULLEN)
De sproeierarmen kunnen niet vrij draaien, ze
worden door het vaatwerk belemmerd.
Rangschik het serviesgoed goed . (zie REKKEN VULLEN)
Het wasprogramma is te zacht en/of de effici-
ëntie van het afwasmiddel is laag.
Selecteer een geschikt wasprogramma .(zie PROGRAMMATABEL)
Er is een bovenmatige hoeveelheid schuim
geproduceerd.(zie CONSUMENTENSERVICE)
Het vaatwasmiddel is niet goed afgemeten of het is niet geschikt voor gebruik
in afwasmachines (zie HET VAATWASMIDDELDOSEERBAKJE VULLEN). De afwasma-
chine resetten door op de toets AFVOER te drukken (zie OPTIES EN FUNCTIE) en
een nieuw programma zonder vaatwasmiddel laten lopen.
De dop op het glansspoelmiddelcomparti-
ment is niet correct afgesloten.
Zorg ervoor dat de dop van het glansspoelmiddelbakje is gesloten.
Het filter is bevuild of verstopt. Reinig het filtersysteem (zie REINIGING EN ONDERHOUD).
Er is geen zout. Het zoutreservoir bijvullen .
(zie HET ZOUTRESERVOIR BIJVULLEN)
De afwasmachine vult
zich niet met water.
Geen water in de watertoevoer of de kraan is
gesloten.
Zorg ervoor dat er water in de watertoevoer komt of dat de kraan loopt.
Er zit een knik in de toevoerslang. Controleer of er geen knik in de afvoerslang zit (zie INSTALLATIE)de afwasma-
chine herprogrammeren en rebooten.
De zeef in de watertoevoerslang is verstopt;
het moet gereinigd worden
Na het controleren en reinigen, de afwasmachine uitschakelen en inschakelen
en een nieuw programma starten.
Het vaatwerk en het
glaswerk vertoont cal-
cinatie of een witach-
tige film.
Het zoutniveau is te laag. Het zoutreservoir bijvullen .(zie HET ZOUTRESERVOIR BIJVULLEN)
De aanpassing van de waterhardheid is niet
voldoende.
Hiermee verhoogt u de waarden (Zie Tabel Waterhardheid).
De dop van het zoutreservoir is niet goed
gesloten.
Controleer of de dop van het zoutreservoir goed is gesloten.
Het glansspoelmiddel is opgebruikt of de
dosering is onvoldoende.
Het glansspoelmiddel toevoegen of hogere doseringen toepassen.
Het vaatwerk en het
glas hebben blauwe
strepen of een blauw-
achtige tint.
De dosering van glansspoelmiddel is te hoog. Pas de doseringsaantallen hieronder aan.
NL
Komentáře k této Příručce